Bij jubilerende ijsclubs bestaat nog wel eens onduidelijkheid of ze de toevoeging “koninklijk” voor de naam van de ijsvereniging mogen zetten op het moment dat de club jubileert en een Koninklijke Erepenning ontvangt.
Een Koninklijke Erepenning is een onderscheiding voor verenigingen en instellingen die tenminste 50 jaar (of een volgend meervoud van 25 jaar) bestaan.
Zo’n Koninklijke Erepenning betekent echter niet dat de vereniging voortaan als Koninklijke IJsclub door het leven kan gaan. Een vereniging, stichting of onderneming kan het predicaat Koninklijk voeren als de Koning dat predicaat toekent en dat gebeurt alleen in zeer bijzondere gevallen. Het predicaat Koninklijk kan worden verleend voor bewezen kwaliteit, soliditeit en continuïteit.
Echter als de overkoepelende bond, in dit geval de KNSB, al het predicaat Koninklijk bezit, kan een vereniging van die bond geen “Koninklijk”-predicaat meer krijgen. De KNSB zelf kreeg het predicaat Koninklijk bij haar 40-jarig bestaan, op 17 september 1922.
Binnen de KNSB zijn er drie verenigingen die ouder zijn dan bond en daarom het wel het predicaat Koninklijk toegekend hebben gekregen. Dit zijn Koninklijke IJsvereniging Thialf, Koninklijke Vereniging De IJsclub uit Leeuwarden (inmiddels opgeheven) en Koninklijke IJsclub Dockum.
-
Vervolgstappen
- Koninklijke Erepenning
- Predicaat Koninklijk